Palazzina Cinese. Een vleugje China in Palermo

Palermo Palazzina Cinese

Aan de rand van Palermo, in het uitgestrekte Parco della Favorita, ligt een architecturaal pareltje: het Palazzina Cinese (Chinees paleisje). Eén blik op dit bijzondere gebouw maakt meteen duidelijk waarom het deze naam draagt. Het pagodedak, de felle roodbruine kleuren en de ranke torentjes verraden een oosterse invloed en doen denken aan de paleizen uit het oude China.

Die oosterse stijl was op het einde van de 18de eeuw populair in Europa. Sommigen stelden zich tevreden met het verzamelen van oosterse prenten en theekopjes. Maar wie het zich kon veroorloven liet zelfs zijn woning in oosterse stijl optrekken. Zo bijvoorbeeld baron Benedetto Lombardo die in het park een oosters paleisje liet bouwen. In 1799 zou koning Ferdinand IV het gebouw en het uitgestrekte landgoed van de baron overkopen. Hij liet het paleis uitbreiden en verfraaien, met behoud van de originele stijl. Architect Giuseppe Venanzio Marvuglia toverde tussen 1800 en 1806 de hele woning om tot een uniek pronkstuk dat zowel binnen als buiten verfijning en elegantie uitstraalt. Na de eenmaking van Italië (in 1861) kwam het paleis in handen van het Huis van Savoie om uiteindelijk in handen te komen van de gemeente Palermo die het Palazzina Cinese opnieuw heeft opengesteld voor het publiek.

We betreden het paleis via een elegante dubbele trap die ons naar de majestueuze inkomhal leidt. Onmogelijk om niet onder de indruk te zijn van de overweldigende kleurenpracht die van de wanden en het fraai beschilderde plafond afspat. Sierlijke pauwen en zwanen verlenen de ruime hal een koninklijke allure.

Links van de hal treffen we de koninklijke slaapkamer aan met een ruim bemeten hemelbed. Ook hier maken de mooie vloertegels en kleurrijke gewelven indruk op de bezoekers.

Op het einde van de hal stappen we rechts de Sala del gioco (speelzaal) binnen. Op de wanden defileren Chinese figuren in felgekleurde gewaden.

Een smalle trap brengt ons naar een tussenverdieping waar het personeel van de koninklijke familie in kleine, sobere kamers huisde. We kunnen er even binnengluren door vierkante venstertjes die met luiken konden worden afgesloten.

Via een wenteltrap bereiken we nog een verdieping hoger de elegante Stanza della Regina. Hier kon de koningin zich in het gezelschap van haar hofdames neervleien in de blauwe fluwelen zetels in de vier hoeken van de lichtrijke kamer. De fraai bewerkte zuilen en het bijzondere plafond wekken de indruk dat we ons in een tent of paviljoen bevinden.

Ook de twee andere zalen op deze bovenste verdieping ademen elk een bijzondere sfeer uit. In de Herculeszaal overheersen taferelen uit de Griekse oudheid.

In de Sala alla Turca vallen de blauwe medaillons op met gezichten van de bewoners van het fraaie paleisje. Ook de elegante en kleurrijke wandversiering in geometrische motieven getuigt van een verfijnde schoonheid.

De drie vertrekken op de bovenverdieping zijn rondom omgeven door brede, betegelde terrassen. Het achterste terras biedt een uniek uitzicht op de tuin.

We keren op onze stappen terug en vanop de tussenverdieping nemen we nu een andere trap die ons terug naar de koninklijke vertrekken op de benedenverdieping brengt. Terug in de inkomhal lopen we nog even de eetkamer binnen. Met de grote ronde eettafel is iets bijzonders aan de hand. Het tafelblad bevat immers enkele openingen waarlangs borden en schotels vanuit de kelderverdieping op tafel worden ‘getoverd’. Om te zien hoe dat in zijn werk gaat, dalen we trap af. Beneden treffen we een vernuftig houten mechanisme aan dat toelaat om borden naar boven te takelen met behulp van katrollen. Het moet ongetwijfeld indruk hebben gemaakt op de gasten om de gevulde borden zomaar op de tafel te zien verschijnen.

Verder zijn in deze kelderverdiepingen nog enkele interessante ruimtes te zien. Eerst lopen we door de Sala delle rovine (Zaal van de ruïnes). Ze ontleent haar naam aan de merkwaardige fresco’s op het plafond en de wand. Het lijkt inderdaad alsof we ons in een vervallen gebouw bevinden waarvan een deel van het plafond is ingestort.  

Links treden we de ruime balzaal binnen. Aan beide uiteinden daarvan geven halfronde trappen toegang tot de tuin.

Naast de balzaal stoten we ook nog op de private badruimte waar de koning op warme dagen of na een inspannende jachtpartij kon genieten van een verfrissend bad.

Na ons bezoek werpen we nog een laatste blik op dit pareltje van oosterse architectuur. De roodgele gevel licht op in stralende zon. Dit beeld blijft gegarandeerd op ons netvlies gebrand.

Praktisch: van dinsdag tot zaterdag open van 9u tot 19u. Op zondag van 9u tot 13u. Gesloten op maandag. Om het Palazzina Cinese te bereiken kan je vanuit het centrum één van de bussen nemen die naar het Stadio rijdt (bv. bus 101). Vandaar neem je bus 616 (richting Sferracavallo) of 645 (richting Partanna).


Colophon - Segesta

Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vindt, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!

Reacties

Geef een reactie