Tropea, parel van de Tyrreense Zee

Tropea

Het pittoreske kuststadje Tropea, gelegen in de regio Calabria, bevindt zich als een arendsnest boven op een hoge klif. Vanuit de stad heb je een adembenemend uitzicht over de kristalblauwe Tyrreense Zee, de hagelwitte stranden aan de voet van de rots en de bedrijvige vissershaven. Tropea wordt lyrisch omschreven als ‘de parel van de Tyrreense zee’ en is dan ook een populaire vakantiebestemming die vooral in de zomermaanden vele tienduizenden toeristen lokt. Onmogelijk om niet verliefd te worden op dit charmant stadje.

Wij bezochten Tropea in februari en troffen het stadje aan in een diepe winterslaap. Vele winkels, bars en restaurants waren gesloten, maar dat deed helemaal niets af van de charme, integendeel. Het was heerlijk dwalen door het grotendeels verlaten labyrinth van kronkelende steegjes en charmante pleintjes in het oude stadsgedeelte.  

Een bezoek aan Tropea begin je het best met een cappuccino op het terras van Pasticceria Peccati di Gola (Via Piave, 8). De kamerbrede glimlach waarmee je er begroet wordt én de overheerlijke croissants en gebakjes brengen je meteen in de juiste sfeer.

Vandaar bereik je zo de gezellige Piazza Vittorio Veneto. Hier tref je gegarandeerd groepjes oudere mannen aan die, gezeten op de bankjes aan de voet van het monument voor de gesneuvelden, druk met elkaar aan het praten zijn, waarschijnlijk over voetbal of politiek. ’s Avonds kan je hier terecht voor een perfecte aperitief in één van vele leuke bars.

Hercules, mythische stichter van Tropea

Vanop het plein duik je vervolgens de oude binnenstad in langs de Corso Vittorio Emanuele, de centrale levensader van Tropea. Het is één lange aaneenrijging van bars, restaurants en souvenirwinkeltjes.  Halverwege de Corso bereik je de Piazza Ercole. De naam verwijst naar de mythische figuur Hercules die volgens de legende de stad zou hebben gesticht. Voor Tropea haar huidige naam kreeg, heette de stad Portercole, de ‘haven van Hercules’.  

In het fraaie palazzo aan de zuidzijde van het plein is de toeristische dienst gevestigd. Onder het uurwerk op de toren herkennen we in het oude stadswapen van Portercole enkele symbolische verwijzingen naar Hercules. Links en rechts van het schild zien we de Leeuw van Nemea en de Hydra van Lerna, twee monsterlijke dieren die door Hercules werden verslagen als onderdeel van zijn beruchte ‘Twaalf Werken’. In het midden draagt een gekroonde leeuw de knots waarmee Hercules traditioneel wordt afgebeeld. Boven het schild prijkt een feniks, de mythische vogel die uit zijn as herrijst. Het is een verwijzing naar het feit dat ook Tropea na opeenvolgende verwoestingen door aardbevingen, branden en plunderingen telkens weer heropgebouwd werd.

Fototoestel in de aanslag

Op het einde van de Corso kom je aan bij je de ‘Fasciata del Corso’, een belvedere waar je beloond wordt met een weergaloos uitzicht op de zee en op de rots met het Santuario di Santa Maria dell’Isola. Je begrijpt meteen dat dit unieke plaatje dé attractie is van Tropea.  

Reeds in de 11de eeuw werd op de rots een kerk gebouwd. In de loop der tijden bezweek ze herhaaldelijk onder het natuurgeweld, maar ze werd telkens weer heropgebouwd. Uit de naam  blijkt dat de rots waarop de kerk staat oorspronkelijk een eiland was. Door verzanding raakte de rots uiteindelijk verbonden met het vasteland.

Dwalen door een doolhof van steegjes

Genoeg foto’s gemaakt van het Santuario? Zeker? Dan is het tijd om de Corso te verlaten en je te verliezen in het kluwen van steegjes dat zich aan beide zijden van de hoofdstraat ontspint. Wees niet bang om te verdwalen want vroeg of laat kom je wel weer op de Corso uit.

In het stadsdeel ten oosten van de Corso stoot je onder meer op de Chiesa del Gesù, een kerk uit het begin van de 16de eeuw, gebouwd bovenop de resten van een Grieks-Orthodoxe kerk die zich hier eerder bevond. De binnenzijde van de kerk is uitgewerkt in een duidelijke barokstijl. Het schilderij boven het altaar stelt de besnijdenis van Jezus voor.

Rechts van de kerk wandel je het gemeentehuis voorbij en je bereikt even verderop het langgerekt plein Largo Galluppi. Als je links enkele trapjes afdaalt, word je beloond met een een prachtig uitzicht over de haven.

Duomo

Keer op je stappen terug, steek het grote plein over en wandel rechtdoor tot je de duomo bereikt. De kerk werd gebouwd op het einde van de 12de eeuw en draagt de naam ‘Cattedrale di Maria Santissima di Romania’.

De sobere, drieschepige kerk rust op achthoekige zuilen. In de eerste kapel in de rechterzijbeuk bevinden zich enkele tombes van de familie Galluppi, waaronder die van Pasquale Galluppi, de filosoof van wie we eerder al een standbeeld zagen op de Piazza Ercole. Onder de fraaie preekstoel zie je een mooi uitgewerkt bas-reliëf dat de geboorte van Christus voorstelt.

Vooraan in de rechterzijbeuk, voor het orgel, staat een beeld van de Madonna del Popolo. Het werd in 1555 gemaakt door een leerling van Michelangelo.

Centraal in de apsis hangt een icoon uit de 14de eeuw met de afbeelding van de Madonna di Romania. Aan deze beeltenis worden tal van miraculeuze gebeurtenissen toegeschreven. De aanwezigheid van de icoon zou Tropea hebben beschermd tegen aardbevingen, pestepidemieën en ander onheil.

Een wandeling ten westen van de Corso brengt je onvermijdelijk tot de Piazza del Cannone. Hier krijg je de rots met de Santa Maria dell’Isola te zien vanuit een andere hoek. Links van de rots strekken zich de hagelwitte stranden uit die in de zomermaanden zo populair zijn bij toeristen uit binnen- en buitenland. Ook ‘s avonds levert deze plek feeërieke beelden op.  

In de buurt van de Piazza del Cannone moet je zeker even op zoek gaan naar twee kleurrijke en fotogenieke trappen. De ene tref je aan in de Largo Rota, de andere in de Via Libertà.

Vlakbij de Piazza Cannone kan je een brede trap nemen die je op enkele minuten naar de uitnodigende kristalblauwe zee brengt. In plaats van die trap neerwaarts te nemen kan je ook nog even doorwandelen tot aan de abdijkerk ‘La Sanità’ die je vanop het plein even verderop ziet staan. Rechts van deze kerk leidt een andere trap eveneens naar de zee.

De kust van de goden

Als je met je voeten in het heldere, kristalblauwe water staat en naar de indrukwekkende rotsen kijkt, begrijp je waarom het kustgebied rondom Tropea bekend staat als de ‘Costa degli Dei’, de kust van de goden. Onmogelijk om niet onder de indruk te zijn van deze hemelse omgeving.

Uitgerust? Dan kan je zeker de trappen nemen naar het Santuario di Santa Maria dell’Isola. De kerk kan je gratis bezoeken, maar voor een bezoek aan de tuinen betaal je een kleine bijdrage. Wij troffen de toegangspoort tot de 33 meter hoge rots gesloten aan en konden ons dus de klim besparen.

De haven

Een korte wandeling langs de voet van de hoge klif waarop de oude stad gevestigd is, brengt ons tot bij de haven. Hier kan je vissers aan het werk zien terwijl ze hun netten herstellen en zich voorbereiden om uit te varen op zoek naar zwaardvis, tonijn of andere vissoorten die hier in deze wateren in veelvuldig voorkomen.

Het loont ook de moeite om voorbij de vissershaven nog even door te lopen tot de fraaie plezierhaven waar talloze zeil- en motorboten aangemeerd liggen. Daar vind je ook een bar met terras waar je in het zonnetje kan genieten van een drankje terwijl je het water zachtjes tegen de boten hoort klotsen.

Lekkers uit Tropea

Een bezoek aan Tropea is niet af zonder geproefd te hebben van dé lokale specialiteit: de befaamde cipolla rossa di Tropea (rode ajuin). In de vele delicatessenwinkeltjes in de stad vind je, naast de ajuinen zelf, ook tal van andere toepassingen, waaronder mousse met rode ajuin en gekaramelliseerde rode ajuin. Die rode ajuin speelt ook een hoofdrol in heel wat gerechten die je zal aantreffen op de menukaart van de talloze eetgelegenheden in de stad. Er is geen ontkomen aan.

Een andere specialiteit uit Calabria die je zeker eens moet proeven is de ‘nduja, pikant varkensvlees dat je zowel in smeerbare vorm of als zachte salami kan kopen.

Pikante pepertjes zijn overigens ook niet weg te denken uit de Calabrese keuken. Ook deze kan je in allerlei verschijningsvormen aantreffen in de winkeltjes met prodotti tipici calabresi. Neem zeker zo’n pittig souvenirtje mee naar huis.   

Nog enkele tips

Aperitief. Na een dagje wandelen in Tropea heb je ongetwijfeld een aperitiefje verdient. Daarvoor kan je terecht op één van de terrasjes op de Piazza Vittorio Veneto waar we eerder vandaag al passeerden. Onze tip: bar Elf, waar de drankjes vergezeld gaan van een riante schotel met lekkere hapjes.

Restaurant. Besluit de dag met een etentje in één van de vele restaurants die je tijdens je wandeling door de stad zal hebben opgemerkt. Wij troffen in februari heel wat zaken gesloten (in afwachting van het toeristische seizoen dat in april van start gaat), maar we hebben heerlijk gegeten in ‘Osteria Le Volpi e l’Uva.  

Logeertip. Wij logeerden tijdens ons verblijf in Tropea in Solmaris Rooms & Suites, gelegen vlakbij het stadscentrum. Je vindt er moderne, piekfijn verzorgde kamers. Er is een fraai dakterras van waarop je de zee kan zien. En, niet onbelangrijk, het hotel beschikt over een kleine privé-parking. Dat is zeker in de drukke zomermaanden een belangrijke troef.


Colophon PIC

Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vindt, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!

Reacties