In Vivaldi en Volare neemt Miriam Bunnik de lezer mee op een boeiende en leerrijke muzikale reis door Italië. Na haar succesvolle boek Koffiebars en Carabinieri, waarin ze alle klassieke clichés over Italië en de Italianen ontrafelt, duikt ze deze keer diep in de rijke muziekgeschiedenis van het land. Ze hanteert daarbij hetzelfde, beproefde recept als in haar eerste boek: korte, snedige hoofdstukken, waarin ze verslag uitbrengt van haar zoektocht naar antwoorden op de vraag hoe het komt dat Italië en muziek zo vervlochten zijn. In elk hoofdstuk krijgen we een nieuw puzzelstukje aangereikt dat gaandeweg het beeld vervolledigt.
Die zoektocht brengt haar naar verschillende steden, van Venetië in het noorden naar Palermo in het zuiden. Daar ontmoet ze mensen, vaak gepland en soms toevallig, die haar inwijden in één van de vele facetten van de veelzijdige Italiaanse muziekcultuur.
In Cremona loodst de auteur ons binnen in het atelier van een vioolbouwer die de eeuwenoude traditie van Stradivarius voortzet. In Genua bezoeken we een museum waar de oorspronkelijke tekst van het Italiaanse volkslied wordt bewaard, handgeschreven door Goffredo Mameli. En in Melpignano maken we het slotconcert mee van de Notte della Taranta, een festival van de opzwepende taranta of tarantella, de typische muziek van de regio Salento in Puglia.
Elk verhaal levert nieuwe inzichten en soms zelfs leuke en fascinerende ‘wistjedatjes’ op. Wist je bijvoorbeeld dat de muzieknoten ‘do, re, mi, fa, sol, la, si’ de beginletters zijn van de verzen van een Latijnse tekst? Of wist je dat het woord ‘conservatorium‘ dat we vandaag gebruiken voor een muziekinstelling, oorspronkelijk de benaming was van een weeshuis? Daar werden immers ouderloze kinderen ‘bewaard’; conservare is Latijn voor bewaren. Omdat er in de weeshuizen in Napels vaak muziekonderricht werd gegeven, zou de term conservatorium later gebruikt worden voor muziekscholen.
Doorheen het boek passeren ook tal van iconen van de Italiaanse muziek de revue. Daar horen uiteraard de grote namen van het verleden bij, zoals Vivaldi, Verdi en Scarlatti. Maar ook meer eigentijdse artiesten als Pavarotti, Domenico Modugno, Lucio Dalla en Fabrizio De André krijgen aandacht.
Een leuke verrassing op het einde van het boek is de QR code waarmee je op Spotify een playlist kan downloaden waar alle muziekstukken en artiesten die in het boek aan bod kwamen, te beluisteren zijn. Dat maakt het plaatje compleet.
De korte hoofdstukken en de vlotte vertelstijl, waarin historische inzichten en persoonlijke indrukken naadloos met elkaar verweven worden, maken van Vivaldi en Volare een heel toegankelijk boek, ook voor mensen die muzikaal niet onderlegd zijn. Ook om die reden verdient deze fraaie ode aan de Italiaanse muziek zeker een plaatsje in de boekenkast van elke Italiëliefhebber.
Vivaldi en Volare, Miriam Bunnik. Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 272 pagina’s. Nu te koop in de lokale boekhandel of via deze link bij bol.com.
Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vindt, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!
Reacties