Capalbio is een klein en bijzonder fotogeniek stadje in de Maremma, het zuiden van Toscane. Gelegen op de top van een hoge heuvel zie je het vanaf de kustsnelweg al van ver uitsteken boven de bosrijke vlakte. Die hoog gelegen strategische positie, op de grens van Toscane en Lazio, leverde het stadje de bijnaam ‘la piccola Atene’ (het kleine Athene) op, een verwijzing naar de akropolis van de Griekse hoofdstad.
De wagen moet je achterlaten buiten de stadsmuren want Capalbio, één van de Borghi più belli d’Italia, kan je enkel te voet verkennen. Het is dan ook een wirwar van smalle straatjes, doodlopende steegjes en verborgen binnenpleintjes. Bloemen en planten zorgen overal voor wat extra kleur.
Begin je verkenning van de stad bij voorkeur bij de oude toegangspoort tot de stad aan de Piazza Belvedere. Vanop deze ruime piazza aan de stadsrand heb je een prachtig panoramisch zicht over de streek. In de verte zie je de azuurblauwe zee. Een kleurrijke fontein trekt onvermijdelijk de aandacht. Het is één van de befaamde Nana’s van de bekende, Frans-Amerikaanse kunstenares Niki de Saint Phalle. Zij heeft in de buurt van Capalbio gewoond en heeft er een uniek openluchtmuseum nagelaten: de Giardino dei Tarocchi. Dit is een attractie die je echt niet mag missen. Meer daarover in een ander artikel op deze blog.
Nadat je vanop de Piazza Belvedere de poort bent binnengestapt, zie je algauw een tweede toegangspoort, de zogenaamde Porta Senese. Op de buitenmuur van deze tweede toegangspoort herinnert een gedenksteen uit 1418 aan de restauratie van de stadswallen door de stad Siena die Capalbio in 1416 had veroverd en tot 1535 bleef besturen. Een ander wapenschild verwijst dan weer naar de Medici die de stad later in handen kregen.
Het bijzondere aan Capalbio is dat de stad een dubbele stadsmuur heeft. Links van de Porta Senese kan je aan een wandeling beginnen op de buitenste stadsmuur. Vanop de bankjes die hier en daar staan opgesteld krijg je een uniek uitzicht op de Tyrreense Zee en de Monte Argentario.
De wandeling langs de buitenste stadsmuur brengt je helemaal naar de andere kant van de stad en meteen ook het hoogste punt van Capalbio. Daar vind je het Castello met de massieve stenen toren die de stad beheerst. Als je het kasteel bezoekt, dan kan je de toren beklimmen vanwaar je een uniek 360 graden zicht hebt op de stad en de omgeving. De toren dateert uit de 13de eeuw en maakte deel uit van de oorspronkelijke vesting, de zogenaamde Rocca Aldobrandesca. Bij het begin van de 20ste eeuw bouwde de familie Collacchioni een elegant palazzo in neo-renaissance stijl drie verdiepingen hoog tegen de toren aan. De verschillende zalen van het palazzo geven een goed idee van hoe de Italiaanse adel in die periode was gehuisvest. In één van de zalen treffen we een waardevolle piano aan, waarop de befaamde Italiaanse componist Puccini vaak heeft gespeeld tijdens zijn vele passages in Capalbio.
Vanop de Piazza Collacchioni dalen we af naar de Chiesa di San Nicola. Zo sober als de kerk er van buiten uitziet, zo rijkelijk is ze binnenin versierd met kleurrijke fresco’s uit de 15de eeuw. Onze aandacht wordt vooral getrokken door een prachtig fresco waarop de heilige Lorenzo, die op een rooster boven een vuur werd gefolterd, staat afgebeeld.
Van in het centrum kan je ook de binnenste, hoger gelegen stadsmuren bereiken, waarlangs eveneens een wandelpad loopt. Hier en daar zijn nog enkele robuuste kantelen bewaard.
Met de stadsmuren, het kasteel en de kerk heb je de belangrijkste historische bezienswaardigheden van Capalbio gezien. Voor de rest is het vooral genieten van de gezellige drukte in de smalle, kronkelende straatjes. Er zijn tal van leuke winkeltjes die lokale specialiteiten aanbieden en van honger en dorst zal je zeker niet omkomen in deze stad met op elke straathoek wel een gezellige trattoria.
Onze favoriet in de historische binnenstad in Trattoria ‘Al Pozzo’, net voorbij de Porta Senese. Deze trattoria wordt met name door de locals aangeprezen voor zijn heerlijke lokale gerechten aan een zeer redelijke prijs. Op het menu onder meer verrukkelijke tortelloni al tartufo (een soort ravioli met truffel), cinghiale alla cacciatora (een stoofpotje van everzwijn) of piccione ripieno (gevulde duif).
Lekker eten – voor een iets hogere prijs – doe je ook bij ‘Il Frantoio’, net buiten de stadsmuren. In deze gezellige en originele trattoria, een plek waar vroeger olijven werden geperst, vind je ook een indrukwekkende bar en een kleine (boeken)winkel.
Wie verkiest te dineren met zicht op de zee (weliswaar in de verte) kan terecht bij één van de restaurants met een terras op de buitenste stadsmuur.
Voor een ijsje of een verzorgd aperitief met hapjes raden we La bottega del Folle aan op de Piazza Belvedere. Hier kan je heerlijk genieten van een sprankelende prosecco of een verkoelende Spritz, met op de achtergrond het klaterende water dat uit de weelderige vormen van de Nana spuit.
Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vond, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!
2 thoughts on "Capalbio, het ‘kleine Athene’ van de Maremma"