Het stadje Ispica ligt wat in de schaduw van de meer bekende baroksteden Ragusa, Modica, Scicli en Noto, maar het is absoluut een ommetje waard als je in het zuidoosten van Sicilië op reis bent.
De mooiste bezienswaardigheid van Ispica is zonder twijfel de Chiesa di Santa Maria Maggiore en de prachtige, boogvormige portiek die het plein voor de kerk omzoomt. De portiek werd in 1749 gebouwd door de veelgeprezen architect Vincenzo Sinatra, die voor zijn ontwerp inspiratie vond bij de zuilengalerij van Bernini rond het Sint-Pietersplein in Rome. De kerk en de portiek vormen een uitzonderlijk mooi en harmonieus geheel.



Ook aan de kerk werkten de grote namen uit die tijd mee. Rosario Gagliardi, een architect uit Noto, tekende het ontwerp. De Palermitaan Giuseppe Gianforma nam het rijkelijke stucwerk voor zijn rekening en Olivio Sozzi uit Catania zorgde voor de 26 fresco’s die de kerk sieren. Sozzi liet overigens op 31 oktober 1765 het leven in de kerk toen hij van een metershoge stelling viel. Hij ligt begraven in één van de zijkapellen. Zijn fresco’s in de Santa Maria Maggiore stellen scènes uit het Oude en Nieuwe Testament voor en worden tot de hoogtepunten van de Siciliaanse rococoschilderkunst gerekend









De kerk is nog om een andere reden belangrijk. Ze huisvest namelijk ook de Cristo alla Colonna, een bijzonder houten beeld van Christus die aan een pilaar is vastgebonden en voorovergebogen hangt terwijl hij door twee beulen wordt gegeseld. Het beeld, opgesteld onder een baldakijn, wordt op Witte Donderdag in processie rondgedragen door de stad. Het is één van de meest vereerde beelden van de stad.

Piazza dell’Unità d’Italia
Bij het verlaten van de kerk nemen we rechts de Via XX Settembre die ons naar de fraaie Piazza dell’Unità d’Italia brengt. Bij het betreden van de piazza zien we meteen aan onze linkerhand het imposante Palazzo Antonino Bruno, een bouwwerk uit het begin van de 20ste eeuw met een opvallende hoektoren.




Op de piazza verrijst ook de Chiesa di San Bartolomeo, een barokke kerk uit de 18de eeuw die voorafgegaan wordt door een monumentale, dubbele trap.


Olifanten in het gemeentehuis
Links van de kerk leidt de Corso Umberto I ons naar het Palazzo Bruno di Belmonte, een fraai voorbeeld van Jugendstilarchitectuur. Het gebouw werd in 1905 ontworpen door Ernesto Basile, de bekende architect die ook de plannen tekende voor het Teatro Massimo in Palermo. In het palazzo is tegenwoordig het gemeentehuis gevestigd. Loop over het binnenplein door naar de kleine, maar verzorgde tuin die je achter het gebouw aantreft. Schrik niet als je er een stel olifanten aantreft.




Schuin tegenover het gemeentehuis treffen we een ander mooi gebouw aan. Het was ooit een overdekte markthal, maar tegenwoordig worden er tentoonstellingen en andere evenementen georganiseerd.


Basilica della Santissima Annunziata
We keren op onze stappen terug naar het plein en lopen nu voorbij de kerk de Corso Garibaldi in om even verderop de Piazza della Santissima Annunziata te bereiken. Op het einde van het plein kijken we aan tegen de elegante voorgevel van de Basilica della Santissima Annunziata, geflankeerd door een indrukwekkende, vrijstaande klokkentoren. De kerk kende een lange en moeizame bouwgeschiedenis en is uiteindelijk kleiner en bescheidener uitgevallen dan initieel de bedoeling was, maar toch blijft ze bijzonder.


In het witte en lichtrijke interieur trekken de blauwwitte bijbelse taferelen in verfijnd stucwerk op het plafond meteen de aandacht. Ze stellen taferelen uit het Oude Testament voor. Stucwerk vinden we ook op de rondbogen, de apsissen, de zuilen en de altaren in de kerk. Ook de binnenzijde van de koepel is een meesterwerk van de stuccokunst.




Bijzondere aandacht verdienen twee Christusbeelden die normaal gezien achter een doek verscholen blijven en enkel in de paasweek worden getoond aan de gelovigen. Een toevallig aanwezige parochiemedewerker was echter graag bereid om ons een kijkje te gunnen achter de schermen. En zo kregen we zowel de lijdende als de verrezen Christus te zien.




Elders in de kerk zien we ook nog een houten kruisbeeld waarin de verschillende scènes uit het passieverhaal staan gesculpteerd en een middeleeuwse marmeren grafsteen van een niet nader genoemde ridder.


Creatief met zand
We zetten onze tocht verder langs de Corso Vittorio Emanuele. Op het zacht hellende plein voor het kleine kerkje wordt sinds enkele jaren bij het begin van de maand juni een kleurrijk en kunstig zandtapijt aangelegd. De ‘insabbiata’, zoals het evenement heet, zet elk jaar een bepaalde kunstenaar in de verf (of beter: in het zand). Wij hadden het geluk de editie 2023 te kunnen meemaken. Deze stond in het teken van Pablo Picasso en zijn befaamde Guernica.






Madonna del Carmelo
We lopen verder de straat af en nemen de Via Carmine die ons brengt naar een ander plein, de Piazza Statella. Dit lange en brede plein wordt aan één zijde vrijwel volledig begrensd door de kerk en het klooster van het Santuario della Madonna del Carmelo. Die Madonna, patroonheilige van de stad Ispica, prijkt prominent in een nis boven de toegangsdeur en ook vooraan in de centrale apsis. Het altaar wordt geflankeerd door beelden van heiligen uit de Orde der Carmelitanen. Eén van hen is Sant’Elia, herkenbaar aan zijn vlammende zwaard. Je vindt hem ook elders terug in de kerk, o.a. in het gezelschap van Maria en drie andere geloofsbroeders op één van de schilderijen op de linkerwand van de eenschepige kerk.








Aan de rand van de stad vind je ook de toegang tot het Parco della Forza, een archeologische site die deel uitmaakt van de Cava d’Ispica, een kilometerslange rotskloof die het landschap tussen Modica en Ispica doorklieft en waar o.m. tal van rotswoningen, necropolen, kluizenaarskerkjes en oude nederzettingen terug te vinden zijn. Het archeologisch park is echter al jaren gesloten. De heropening wordt voorzien, maar de timing is nog onduidelijk.


Feeëriek tafelen in Ispica
Tegenover de ingang tot de archeologisch zone vind je een heerlijke pizzeria waar ze (’s avonds) gourmet-pizza’s serveren in een waarlijk uniek kader. Chef Claudio Maucieri, een gekende naam in de wereld van de pizzaioli, opende er in februari 2023 Incavò, een moderne, strakke en stijlvolle pizzeria in een oude grot waar ooit olijfolie werd gemaakt. De sporen daarvan zijn nog duidelijk aanwezig in het restaurant. De nissen in de rotswand doen vermoeden dat hier in een heel ver verleden ook ooit lichamen werden begraven. Vandaag vormt de ruime grot een feeëriek decor waar je kan genieten van de originele creaties van chef Maucieri en zijn team. Verwacht hier niet de traditionele menukaart met de gekende klassiekers. De pizza’s hier zijn doordachte kunstwerkjes met vaak verrassende ingrediënten. Een streling voor de tong en het oog.











Tweehonderd meter verderop hadden Maucieri en zijn echtgenote eerder al een pizzeria opgestart, Caveau genaamd, waar je gezellig in de buitenlucht kan tafelen op één van de vele terrassen aan de voet van een hoge rotswand of in grote nissen uitgehouwen in de rots. In deze ongerepte oase schieten wilde kruiden op tussen de stenen, kappertjesplanten hangen gedrapeerd langs de rotswand en de geur van citrusbomen is alomtegenwoordig. Beneden in de kloof horen we het water ruisen. Een magische plek. Wat je ook kiest, Incavò of Caveau, de ervaring zal je gegarandeerd bijblijven.





Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vindt, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!
Reacties