Weinig Romeinse keizers spreken zo tot de verbeelding als keizer Nero, de man die Rome in brand zou hebben gestoken omdat hij ruimte nodig had voor de bouw van een nieuw paleis. Dit verhaal mag dan wel een urban legend zijn, het paleis van Nero heeft wel degelijk bestaan en, meer nog, je kan het bezoeken.
Het Versailles van het antieke Rome
Nero regeerde over het Romeinse Rijk van 54 tot 68 n.Chr. Hij was de adoptiefzoon van keizer Claudius en is de geschiedenis ingegaan als een wrede en megalomane despoot. Een zekere grootheidswaanzin was hem inderdaad niet vreemd. Dat mag blijken uit het enorme paleizencomplex dat hij tussen 64 en 68 liet bouwen en dat bekend staat onder de naam Domus Aurea, het Gouden Huis. Deze naam zou ontleend zijn aan de gouden gloed die veroorzaakt werd door de reflectie van het zonlicht op het gele marmer waarmee grote delen van het paleis waren bekleed.
De gebouwen en de bijhorende tuinen namen een oppervlakte van 80 hectare in beslag. Dat was ongeveer één derde van de gehele oppervlakte van de toenmalige stad. Zijn Domus Aurea strekte zich uit over drie van de zeven heuvels van Rome: de Palatijn, de Coelius en de Esquilijn.
Het domein kon vanaf het Forum Romanum bereikt worden via een monumentale ingang. Daar werden bezoekers begroet door een 35 meter hoog, bronzen standbeeld van de keizer. Iets verderop, in het midden van het domein, liet hij een groot kunstmatig meer aanleggen (op de plaats waar tegenwoordig het Colosseum staat). Aan de noordzijde van het meer, op de Oppiusheuvel, één van de toppen van de Esquilijn, verrees een luxueus paleizencomplex, rijkelijk versierd met marmer, mozaïeken, fresco’s, goud en ivoor. In en rond het paleis bevonden zich talloze fonteinen en beeldhouwwerken. Aan de voorzijde ervan strekte zich een enorme tuin uit, aangelegd in terrasvorm, van waaruit het meer kon bewonderd worden.
Dat paleizencomplex zou een oppervlakte hebben gehad van 370 meter op 90 meter. De zalen van het paleis waren 12 meter hoog. Vreemd genoeg vertoont het hele gebouw geen sporen van bewoning. Er zijn immers geen slaapkamers, geen keukens, geen ruimtes voor opslag van goederen. Archeologen leiden hieruit af dat het paleis enkel gebruikt werd voor het ontvangen van gasten en het organiseren van somptueuze feesten. Dat alles met als enige doel de bezoekers te imponeren met de macht en de rijkdom van de keizer. Nero zelf bleef wonen in zijn paleis op de Palatijn, aan de zuidzijde van het meer.
Onder leiding van de architecten Severus en Celer werd het paleizencomplex in een recordtijd van vier jaar opgetrokken. Nero was best tevreden met het resultaat. Toen hij het in gebruik nam in 68 n. Chr. zou hij gezegd hebben: ‘Eindelijk kan ik menswaardig wonen’. Lang heeft hij er overigens niet van kunnen genieten, want de megalomane keizer had zich ondertussen vele vijanden gemaakt in Rome. In 68 brak er een opstand uit tegen de keizer en Nero pleegde uiteindelijk, op 30-jarige leeftijd, zelfmoord voordat het volk de kans kreeg hem te lynchen.
De ‘damnatio memoriae’
Al gauw na Nero’s dood werd het paleis grotendeels ontmanteld. De keizers die na hem kwamen, wilden, mede onder druk van het volk, de kwade herinneringen aan de wrede keizer Nero zo snel mogelijk uitwissen. Het kwam tot een damnatio memoriae. Op de plaats waar het meer lag, bouwden de Flavische keizers (Vespasianus en zijn zonen Titus en Domitianus) een amfitheater, het Amphitheatrum Flavium (ingehuldigd in 80 n. Chr.). Later kreeg het de naam waaronder we het vandaag nog kennen: het Colosseum, zo genoemd naar het kolossale standbeeld van Nero dat hier ooit stond en waarvan de fundamenten nog steeds zichtbaar zijn.
Keizer Trajanus bouwde tussen 104 en 109 n. Chr. bovenop de resten van het Domus Aurea een reusachtig thermencomplex. Hij liet de zalen van het paleis volgooien met aarde en gebruikte grote delen van het paleis als fundament voor zijn nieuwe project. En zo raakten in de loop der geschiedenis alle zichtbare herinneringen aan het paleis van Nero verloren… tot op het einde van de vijftiende eeuw.
Na grondverzakkingen ontdekten landbouwers, die op de heuvel wijngaarden hadden, dat er zich holle ruimtes bevonden onder hun wijngaard. Zo werden de rijkelijke fresco’s ontdekt die de plafonds en de muren sierden van wat ooit het paleis van Nero was geweest. Belangrijke schilders uit de renaissance, waaronder Rafaël en Perugino, kwamen deze fresco’s bestuderen en lieten zich erdoor inspireren in hun eigen werk. Ook de befaamde Laocoöngroep, een marmeren beeld dat momenteel in de Vaticaanse Musea wordt bewaard, werd hier aangetroffen (in 1506).
Een bezoek aan het Domus Aurea is een onvergetelijke ervaring
Sinds de herontdekking van het Domus Aurea zijn de aanwezige fresco’s door insijpelend vocht en schimmel aangetast. Opeenvolgende aardverschuivingen hebben ook de muren en de gewelven onstabiel gemaakt. Daarom werd in de jaren 1980 besloten het gebouw te sluiten voor het publiek en grootschalige onderhouds- en restauratiewerken uit te voeren. Van 1999 tot 2006 was het Domus Aurea weer een tijdlang geopend om daarna weer voor lange tijd te sluiten wegens instortingsgevaar.
Sinds 2014 is het opnieuw mogelijk om het Domus Aurea te bezoeken, maar dan wel in kleine groepen (max. 25 personen) onder leiding van een gids én met een veiligheidshelm op het hoofd.
Een bezoek aan het Domus Aurea is een onvergetelijke ervaring. Pas als je door de monumentale, nu onderaardse, gangen loopt en de gigantische zalen ziet, krijg je een idee van hoe onwezenlijk groot dit paleis ooit moet zijn geweest.
Tijdens het geleide bezoek wordt onderweg een tijdlang halt gehouden in de Sala della Volta Dorata (de Zaal met het Gouden Gewelf). Het is deze zaal die in 1495 als eerste werd ontdekt. Het gat waardoor de eerste bezoekers de ruimte hebben betreden, is nog zichtbaar in het plafond. Hier kan je even gaan zitten. Met een speciale Virtual Reality bril op het hoofd maak je een virtuele wandeling door de zaal om daarna, via de zuilengang, de tuinen van het paleis te verkennen. Een onvergetelijke ervaring die je 2000 jaar terug in de tijd katapulteert.
Laatste stop tijdens het bezoek is een monumentale, achthoekige zaal die als banketzaal zou hebben gefungeerd. Door een opening in het midden van de grote koepel die de zaal overspant, viel ooit het zonlicht binnen. Met een beetje verbeelding zie je Nero hier in het midden van de zaal zitten terwijl hij op zijn lier speelt om de aanwezige gasten te vermaken.
Praktisch: het Domus Aurea kan je enkel bezoeken onder leiding van een gids, en dit op zaterdag en zondag, van 9.00u tot 17u00. Er zijn rondleidingen in meerdere talen (maar niet in het Nederlands). Om zeker te zijn van een plaatsje kan je de tickets best vooraf reserveren via de officiële website www.coopculture.it. De toegang tot de archeologische site bevindt zich nabij het Colosseum, aan de Viale della Domus Aurea.
Ciao! Wij zijn Franka Verhoeyen en Carl Buyck en delen via deze blog onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Wij hebben ervan genoten om deze blogtekst te schrijven en met foto’s te illustreren. Hopelijk heb jij ervan genoten het te lezen. Als je het artikel leuk of interessant vond, dan doe je er ons zeker een plezier mee om het te delen met jouw vrienden of kennissen. Grazie mille!
Leuke tip voor deze zomer! Een jaar of 2 geleden ook met veiligheidshelmen de oude haven in Testaccio bezocht.