Proeven van barok en chocolade in Modica

Modica

Modica maakt samen met Ragusa en Noto deel uit van de zogenaamde ‘barokke driehoek’, een trio van steden die als Unesco Werelderfgoed worden beschouwd omwille van hun prachtige barokgebouwen. Maar Modica heeft nog een andere grote troef: chocolade! In dit artikel nemen we je mee op verkenning door deze verleidelijk lekkere stad.

Het is er vandaag niet meer aan te zien, maar Modica is tot tweemaal toe bijna van de kaart geveegd. In 1693 werd de stad een eerste keer tot puin herleid door een aardbeving. En in 1902 werden grote delen van de stad weggespoeld door de verwoestende overstroming van twee rivieren die vroeger open door de stad stroomden en die vandaag ongezien onder de twee hoofdstraten vloeien. De stad verloor haar bijnaam als Venetië van het Zuiden, maar ze behield haar charme.

We beginnen onze verkenning van de stad bij het busstation aan het begin van de Corso Umberto. Bij de kiosk met toeristische informatie maakt een bijzonder beeld al meteen duidelijk waar het in Modica om draait: chocolade!

Klimmen naar de duomo

Maar vooraleer we chocolade gaan proeven werken we eerst wat calorieën af. Dat doen we door vanop de Corso Umberto links de lange trap te nemen die ons 300 treden hogerop naar de Duomo di San Giorgio brengt. De sierlijke, gewelfde gevel die aan het einde van de trap opdoemt is van een fascinerende schoonheid. Binnen in de kerk bevindt zich een fraaie triptiek met afbeeldingen van heiligen. En uiteraard is ook San Giorgio (Sint-Joris), de patroonheilige van de stad, manifest aanwezig. Gezeten op een paard is hij druk in de weer met het verslaan van een gevleugelde draak (of duivel).

Vooraan kan je op de vloer ook een meridiaan bewonderen. Tegen betaling is ook de klokkentoren te beklimmen. De inspanning wordt beloond met een heerlijk uitzicht over de stad en de tegenoverliggende heuvel.

Quasimodo

Bij het verlaten van de kerk volgen we links de Corso San Giorgio tot aan een terras waar we nog een laatste blik werpen op de stad. Hierna nemen we de Strada Castello die ons terug naar beneden leidt. Halverwege de afdaling passeren we langs de Casa Quasimodo, het geboortehuis van de dichter Salvatore Quasimodo (1901-1968), wiens oeuvre in 1959 bekroond werd met de Nobelprijs literatuur. In het huisje is een klein museum ingericht waar je o.m. het bureau kan zien van de dichter zoals het stond opgesteld in zijn woning in Milaan.

Bijzondere rotskerk

Nog even verder afdalen en we bereiken de Chiesetta Rupestre San Nicolò Inferiore. Deze kleine kerk werd volledig in de rotsen uitgehouwen en dateert uit de 12de eeuw na Chr. Ze bevond zich midden in de Griekse wijk van het middeleeuwse Modica en was bestemd voor vieringen volgens de Byzantijnse ritus. Op de wanden zijn nog duidelijke sporen te zien van fresco’s. Deze werden aangebracht in de 12de tot de 14de eeuw. In de centrale apsis herkennen we Christus als Pantocrator met het opengeslagen evangelie in zijn hand. Links van de Christusfiguur staat Maria en een niet nader geïdentificeerde monnik of heilige. Wel identificeerbaar zijn Sint-Vitus en Sint-Pieter. Rechts van Christus staan de aartsengel Michael en Sint-Eligius. Uiterst rechts krijgen we een afbeelding van Santiago di Compostella te zien, vermoedelijk geschilderd in de 16de eeuw.

Twaalf apostelen

Om de hoek verrijst een andere monumentale barokkerk, de Chiesa di San Pietro. Beelden van de twaalf apostelen begeleiden ons langs de brede monumentale trap naar de ingang. Het plafond bevat mooie fresco’s die scènes voorstellen uit het Oude en het Nieuwe Testament. Ook de glanzende vloer in veelkleurig marmer en zwarte peksteen trekt de aandacht.

Vooraleer we verdergaan houden we eerst nog even halt bij Caffè Adamo. Inwoners van Modica lopen hier op elk moment van de dag binnen voor koffie, ijs of verrukkelijke gebakjes. We genieten er op het terras van een perfecte cappuccino en een heerlijke koek met pistacchio en amandelspijs. Deze was zo lekker dat we later op de dag nog even terugkeerden om er ook hun onovertroffen granita met brioche te proeven…

Oude ambachten

Onze volgende halte is Palazzo dei Mercedari. Onderweg daarheen passeren we het Santuario della Madonna delle Grazie met de merkwaardige voorgevel waarin kolossale zuilen de aandacht trekken.

Achter deze kerk ligt het langgerekte Palazzo. Het is een voormalig klooster dat ook een tijdlang als hospitaal werd gebruikt. Vandaag biedt het onderdak aan het interessante en mooi uitgewerkte Museo Ibleo delle Arti e Tradizioni Popolari. Je maakt er kennis met allerlei oude ambachten: zadelmakers, touwslagers, mandenvlechters, kleermakers, schoenlappers,… Aan elk van deze beroepen is een aparte ruimte gewijd met een heel realistische mise en scène. Heel goed gedaan is de reconstructie van een oude boerderij op het einde van de lange kloostergang. 

Op de gelijkvloerse verdieping van het museum kan je ook nog twee andere, permanente tentoonstellingen bezoeken. Eén is gewijd aan insecten. Je ziet er kleurrijke vlinders, indrukwekkende kevers, bijzondere sprinkhanen en andere kriebelende beestjes. De andere tentoonstelling bestaat uit een collectie opgezette dieren.

Merkwaardig ziekenhuis

Een ander, hoogst merkwaardig en interessant museum is het Sifilicomio Campailla Jammer genoeg is het zelden geopend. Wij hadden het geluk te stoten op Marcella, lid van een vrijwilligersvereniging, die ons een unieke rondleiding gaf. Het was de Modicaanse arts en filosoof Tomasso Campailla die hier in de 17de eeuw een behandelingscentrum opende voor mensen die aan syfilis leden. Hij bedacht een kuur die erin bestond om patiënten mercuurdampen te laten innemen. De behandeling was hoegenaamd geen pretje. De patiënten moesten gedurende enkele weken elke dag zo’n 45 minuten plaatsnemen in een kleine, afgesloten ruimte waar ze de longen vulden met het dampende mengsel. Die kleine ruimtes – botti genaamd – krijg je in het kleine museum nog te zien, samen met oude medische instrumenten. Aan de wand hangen nog enkele foto’s van patiënten. De oude behandelingskuur bleef in gebruik tot halfweg de 19de eeuw, toen de penicilline werd ontdekt. 

En dan nu… chocolade

Modica staat alom bekend als chocoladestad en dat zal je geweten hebben. Overal in de stad wordt de befaamde Cioccolato di Modica te koop aangeboden. Speciaal aan deze chocolade is dat hij op lage temperatuur wordt bewerkt waardoor de kristalsuiker die bij de bereiding wordt gebruikt niet volledig smelt. Dat geeft aan de chocolade van Modica haar kenmerkende, ietwat korrelige structuur. De eerste keer dat je in zo’n reep bijt, kan dit wel wat vreemd aanvoelen. Maar, geloof ons, voor je het weet heb je de hele reep opgesmuld en verlang je naar meer.  Er is in elk geval keuze genoeg. Je vindt de chocolade terug in allerlei smaken. 

De beste en meest aangename manier om kennis te maken met de chocolade van Modica is een rondleiding (mét degustatie!) te volgen bij de Antica Dolceria Bonajuto.

Iets verder in de straat kan je ook nog het Museo del Cioccolato bezoeken, gevestigd in het Palazzo Civico waar ook de gemeentelijke administratie is gevestigd. Verwacht er echter niet te veel van. Naast enkele informatieborden over de geschiedenis van de chocolade en een korte video die toont hoe de chocolade van Modica wordt gemaakt, zijn er voornamelijk kunstwerken te zien die, hoe kan het ook anders, gemaakt werden in… chocolade. Een aparte ruimte wordt helemaal gevuld door een maquette van Italië en enkele bekende monumenten zoals het Colosseum in Rome en de toren van Pisa. U raadt het: ook dit is helemaal uitgevoerd in chocolade.

In het Palazzo Civico is ook het archeologisch museum van de stad gevestigd. De collectie is bescheiden en de museale vormgeving is enigszins verouderd, maar dat wordt gecompenseerd door het zichtbare enthousiasme waarmee we als bezoekers uit het verre België worden onthaald. 

Eetadresje

Dé plek om in Modica te lunchen of dineren is Osteria dei Sapori Perduti (Corso Umberto I, 230). Deze oergezellige osteria wordt met veel liefde gerund door de familie Muriana. De mamma staat in de keuken en leidt het team, andere familieleden staan in voor de bediening. De sfeer is er uitermate huiselijk. Dat blijkt al meteen wanneer één van de dochters ons met de baby op de arm voorgaat om ons een tafeltje te wijzen. Op de kaart vinden we klassieke gerechten uit de regionale keuken, zeer lekker en zeer democratisch geprijsd. Een aanrader!


Colophon - Segesta

Ciao! Wij zijn Carl Buyck en Franka Verhoeyen, initiatiefnemers van Cosiddetto. Via deze blog delen wij onze passie voor Italië en al het moois dat dit bijzondere land te bieden heeft. Als je dit artikel leuk of interessant vindt, deel het dan gerust met jouw vrienden of kennissen. Je doet er ons een groot plezier mee. Grazie mille!

Reacties